ALGEMEEN
Het spelen van wedstrijden is waar het voor elke pupil om draait! De uitdaging om altijd te proberen één goal meer te scoren dan de tegenstander is wat iedereen, jong en oud, elke keer weer naar het voetbalveld brengt.
De nieuwe wedstrijdvormen dragen positief bij aan het voetbalplezier en het steeds beter leren voetballen. Minder spelers per team, een kleiner speelveld, aangepaste spelregels en het gebruik van time-outs dragen optimaal bij aan het spelplezier en de ontwikkeling van alle pupillen. Meer acties met en zonder bal, grotere betrokkenheid bij het spel, meer (onvoorspelbare) situaties en kansen, meer duels zowel aanvallend en verdedigend zijn voorbeelden van positieve effecten van de nieuwe wedstrijdvormen.
De belangrijkste motivatie om steeds weer wedstrijden te willen spelen is dat er elke keer weer voetbalplezier aan beleefd wordt. Uit onderzoek blijkt dat voor pupillen het maken van veel acties (met en zonder bal), veel scoren, veel kansen hebben, samen spelen en winnen de belangrijkste motivatieredenen zijn. Het doel van het voetbalspel is en blijft winnen! Enige nuancering is daarbij op zijn plaats. Op de eerste plaats vinden pupillen het winnen minder belangrijk dan bijvoorbeeld veel acties kunnen maken en veel kunnen scoren. Op de tweede plaats is het van groot belang dat kinderen optimale kansen krijgen om beter te leren voetballen om op latere leeftijd zo veel mogelijk wedstrijden winnend af te kunnen sluiten. Dit proces, van steeds beter leren voetballen naar het winnen van wedstrijden, moet aansluiten bij de ontwikkeling van het kind.
De nieuwe wedstrijdvormen dragen positief bij aan het voetbalplezier en het steeds beter leren voetballen. Minder spelers per team, een kleiner speelveld, aangepaste spelregels en het gebruik van time-outs dragen optimaal bij aan het spelplezier en de ontwikkeling van alle pupillen. Meer acties met en zonder bal, grotere betrokkenheid bij het spel, meer (onvoorspelbare) situaties en kansen, meer duels zowel aanvallend en verdedigend zijn voorbeelden van positieve effecten van de nieuwe wedstrijdvormen.
Het begeleiden en coachen van pupillen is een prachtige uitdaging, maar één met een grote verantwoordelijkheid. Om hier optimaal invulling aan te geven vereist dit kennis van het pupillenvoetbal. Denk hierbij aan hun voetbalontwikkeling, leeftijdsspecifieke kenmerken, het begeleiden en het coachen van pupillen. Roda’46 dient aandacht te besteden aan de opleiding en begeleiding van de leiders en trainers van de pupillenteams. Daarnaast biedt de KNVB tal van opleidingen voor coaches en trainers aan om deze kwaliteiten nog verder te ontwikkelen. Voorbeelden daarvan zijn: basismodule, pupillentrainer en TC III Jeugd.
Pupillen leren vooral steeds beter voetballen door gewoon te voetballen. Het zelf maken van keuzes met en zonder bal en het ervaren van de gevolgen daarvan, leidt tot een snelle en duurzame voetbalontwikkeling van pupillen. Daarnaast zijn er natuurlijk de coach en de trainer die een rol spelen in het opleiden van pupillen. Zij zijn het die de pupillen moeten ondersteunen in hetgeen waar zij zich verder in moeten ontwikkelen.
Voetbal is een fantastische sport waar miljoenen mensen in Nederland van houden. Met z’n allen dragen we de verantwoordelijkheid om te zorgen dat dit zo blijft. Iedereen moet op een veilige en plezierige manier van de sport kunnen genieten. We hebben dé kans om pupillen van jongs af aan mee te geven wat het gewenste gedrag is op en rond de velden.
Belangrijk voor de optimale ontwikkeling en optimaal spelplezier voor pupillen is is ieders gedrag in en rond het veld. Maar zetten alle trainers, leiders en ouders het spelplezier van kinderen ook echt voorop? In veel gevallen gaat dat heel goed, maar we zien in het voetbal ook dat er gedrag in is geslopen dat eigenlijk niet zo positief is. Roda’46 draagt een grote verantwoordelijkheid om sportiviteit en respect op en rond de velden te waarborgen en te stimuleren.
Roda’46 steekt veel tijd en energie in het bevorderen van positief gedrag op en rond de velden. Daarom willen we dat elke voetballer van Roda’46 voor en na de wedstrijd handen schudt met de tegenstander.
De rol van de trainer/coach
Pupillen, wedstrijden, voetbalplezier en ontwikkeling faciliteren? Een prachtige uitdaging voor een coach, maar één met een grote verantwoordelijkheid. Dit vereist kennis van het pupillenvoetbal, coachen, hun spelontwikkeling en leeftijdsspecifieke kenmerken. Een veilige omgeving creëren en pupillen positief blijven stimuleren door te enthousiasmeren, complimenteren en de nadruk leggen op datgene wat goed gaat, fouten maken mag, zijn daartoe van essentieel belang.
De rol van de ouders/verzorgers
Aan een plezierige en veilige omgeving voor de pupillen leveren naast de coach natuurlijk ook de ouders/verzorgers een grote bijdrage. Daarmee dragen zij direct bij aan het spelplezier en de spelontwikkeling van hun pupillen. Voorbeelden van een positief gedrag zijn o.a. positief praten en aanmoedigen, het goede voorbeeld geven, sportief zijn, inzet belonen, focussen op het proces (de ontwikkeling) in plaats van het winnen, het kind zichzelf (kind) laten zijn en bovenal heel veel plezier laten beleven aan het voetballen.
De rol van de spelbegeleider en scheidsrechter
De rol van de spelbegeleider en scheidsrechter heeft een belangrijke bijdrage op het gebied van sportiviteit en respect maar ook op het gebied van de spelontwikkeling en het voetbalplezier. De spelbegeleider en scheidsrechter zorgt voor plezier in de wedstrijd door bijvoorbeeld het nemen van eerlijke beslissingen en zorgt voor structuur en discipline.
Met de invoering van de nieuwe wedstrijdvormen vindt er ook een verandering plaats in de organisatie van het competitieaanbod. De KNVB streeft ernaar om spannende gelijkwaardige wedstrijden te organiseren gedurende het hele seizoen.
De KNVB organiseert voor pupillen van O8 t/m O.12 een zogenaamde geboortejaarcompetitie. Deze competitie zorgt ervoor dat de speelsterkte per team goed kan worden bepaald en er gelijkwaardige wedstrijden en competities kunnen worden georganiseerd. Het blijft daarbij altijd de vrije keuze van verenigingen om teams in te schrijven, die bestaan uit spelers van meerdere geboortejaren. Voor zowel de even als de oneven competities worden er minimaal 4 speelniveaus aangeboden waarvoor men zich kan inschrijven. Hoofdklasse (001 enz. ) – 1e klasse (101 enz. ) – 2e klasse (201 enz. ) – 3e klasse (301 enz.) Door de uniformiteit in het aanbod kan het zijn dat er in de grensgebieden van de districten, verenigingen in een ander district gaan spelen.
In heel Nederland zal hetzelfde uniforme voetbalpakket worden aangeboden en zal er meer uniformiteit in de speeldagenkalender komen. Dat wil zeggen 3 bekerwedstrijden voorafgaande aan de competitie en daarna wordt er een najaars- en een voorjaarsreeks gespeeld. Elke reeks kent 11 wedstrijden waar teams maar 1 keer tegen elkaar spelen.
Vanaf O8 kan er ingeschreven worden voor de beker. De poules zullen worden ingedeeld op eigen niveau, zodat de behaalde resultaten bij een eventuele herindeling kunnen worden meegenomen.
Indelen van teams in gelijkwaardige poules
Teams kunnen o.a. qua leeftijdssamenstelling enorm verschillen. Wanneer een team bestaat uit spelers van twee opeenvolgende geboortejaren moet het team de aanduiding krijgen van de oudste speler. Wanneer er bijvoorbeeld tien O11-spelers en vier O12-spelers zijn, wordt het team als een O12-team ingedeeld.
Het van belang om goed te bepalen op welk niveau een team zal uitkomen. Door de bekerpoule in te delen op leeftijd en op niveau, krijgen we al snel inzage in de kwaliteit van de teams. De resultaten die behaald zijn in de beker worden meegenomen bij een beoordeling van een verzoek om herindeling. Teams die bij elkaar in de competitie ingedeeld zijn, kunnen ook in de bekercompetitie tegen elkaar uitkomen.
Lichtingen en vrije inschrijving
Verenigingen kunnen teams vrij inschrijven maar dienen dit gelijkmatig over de niveaus te verdelen. Verenigingen hebben te maken met lichtingen. De ene lichting kan talentvoller zijn dan de andere lichting en daardoor in een te hoog of te laag niveau terechtkomen. Dit is de reden dat de KNVB het beleid hanteert dat waar je eindigt, je ook weer begint. Het team is dus niet meer afhankelijk van de resultaten van de lichting voor hun. Bij de overgang van de onder 12 naar onder 13 dient dit op divisie niveau nog nader uitgewerkt te worden. Binnen de districten wordt dit komend seizoen reeds doorgevoerd.
Dispensatie
Dispensatie kan voor zowel de even als de oneven competities worden aangevraagd (O8 t/m O12). Bij de wedstrijdvormen 6 tegen 6 en 8 tegen 8 wordt per team, 1 dispensatie verleend. Dit zal een niet persoonsgebonden dispensatie worden. Voor de Hoofdklasse en de 1e klasse kan geen dispensatie worden aangevraagd. In de huidige 7 tegen 7 wedstrijdvorm kan ook 1 dispensatie per team worden verleend. Bij 11 tegen 11 wedstrijdvorm zijn dit 2 dispensaties per team.
Meisjes die in een jongensteam uitkomen mogen één jaar ouder zijn dan de leeftijdscategorie waarin de jongens uitkomen. In een team waarin bijvoorbeeld de oudste jongens onder 11 zijn, mogen meisjes uitkomen die tot de leeftijdscategorie onder 12 behoren.
ARBITRAGE
De nieuwe wedstrijdvormen voor pupillen betekenen ook een verandering in de rol van de arbitrage tijdens de wedstrijden. Door deze veranderingen sluit de arbitrage rol zo optimaal mogelijk aan bij elke wedstrijdvorm en de leeftijd van de pupillen. Pupillen worden zo stapsgewijs één met een onafhankelijk persoon die de voortgang van het spel en de spelregels bewaakt. Uiteindelijk krijgen ze bij de 11 tegen 11 wedstrijdvorm te maken met een (vereniging)scheidsrechter.
Arbitrage Mini’s en Kiddy’s (4 tegen 4)
Bij deze wedstrijdvorm is er geen specifieke arbitrage rol. Beide teambegeleiders bewaken de voortgang van het spel. De basispositie van de spelbegeleider is langs het veld. Laat beslissingen zo veel mogelijk over aan de kinderen..
Arbitrage 6 tegen 6
Bij de 6 tegen 6 wedstrijdvorm wordt de voortgang van het spel bewaakt door een zogenoemde spelbegeleider. De basispositie van de spelbegeleider is langs het veld en beweegt mee met het spel. Wanneer het spel het nodig maakt kan de spelbegeleider het veld in bewegen. De spelbegeleider bewaakt de spelregels, legt de spelregels uit en zal alleen bij onduidelijkheid corrigeren en een beslissing nemen door middel van een fluitsignaal.
Bij Roda’46 kan de spelbegeleider een daartoe opgeleide vrijwilliger zijn, een aangewezen B-junior of een toeschouwer (ouder).
Bij deze wedstrijdvorm is er een pupillenscheidsrechter aanwezig die de leiding heeft over het spel. Deze rol is niet veranderd ten opzichte van de huidige arbitrage rol. Is er geen vrijwillige pupillenscheidsrechter beschikbaar dan kan een aangewezen B-junior of een toeschouwer (ouder) het spel leiden.
Opleiding spelbegeleider
De KNVB zorgt dat een opleiding gereed komt voor verenigingen. Hierbij wordt ook gekeken naar de verbinding met de opleiding tot pupillenscheidsrechter.
Laatste wijziging: 21-10-2020